HIV
Wat is HIV precies?
HIV, ook wel het humaan immunodeficiëntievirus genoemd, is een virus dat het natuurlijke afweersysteem van de mens stap voor stap afbreekt. Als er niets tegen de infectie wordt gedaan, veroorzaakt het aids (Acquired Immune Deficiency Syndrome). Je spreekt van aids, als HIV het afweersysteem zodanig heeft afgezwakt dat het niet meer opgewassen is tegen allerlei bacteriën die het normaal gesproken goed aan kan. Iemand met aids zal steeds zwakker en vatbaarder worden voor allerlei zeldzame ziektes en aandoeningen. Iemand met HIV zal dan ook zonder behandeling overlijden aan de gevolgen van aids.
HIV dringt het lichaam binnen via lichaamssappen, hieronder verstaan we bloed, sperma, voorvocht, vaginaal vocht en moedermelk. Het kan bijvoorbeeld worden overgebracht door onveilige seks, middel van hergebruikte injectienaalden of onveilige bloedtransfusies. De veronderstellingen dat het virus overdraagbaar is door bijvoorbeeld zoenen of uit elkaars glas drinken zijn onjuist. Zodra het virus zich in je lichaam bevindt, ben je HIV-positief. Het virus dringt de zogenoemde CD4-cellen binnen, dit zijn de witte bloedlichaampjes die verantwoordelijk zijn voor het afweersysteem, het virus maakt deze cellen kapot. Terwijl het dit doet, vermenigvuldigt het zich. De verdedigingslinie die virussen en bacteriën moet tegenhouden, begint gaten te vertonen. Het lichaam wordt ziek en de HIV-patiënt krijgt last van steeds meer ziektes en aandoeningen. De klachten en bijwerkingen van HIV verschillen per persoon.
Hoe is het virus ontstaan?
Aids, het gevolg van HIV werd eerder ontdekt dan het virus zelf. Rond 1981 vertoonden steeds meer mensen In de VS uiteenlopende infecties. Ze waren zodanig verzwakt dat ze uiteindelijk stierven. In Afrika was de epidemie al veel groter. De oorzaak was nog onbekend. In 1984 ontdekten dr. Robert Gallo en dr. Luc Montagnier pas de veroorzaker van aids: het HIV-virus.
Dit HIV virus stamt af uit West-Afrika. Bij Afrikaanse apen in Kameroen om precies te zijn (zie de markering op de kaart hieronder). Het neefje van HIV, SIV, is namelijk gevonden bij deze apen. Onderzoeken hebben uitgewezen dat SIV en HIV heel nauw verwant zijn aan elkaar. SIV is dus via de apen overgedragen aan de mens. Het virus is toen waarschijnlijk een mutatie ondergaan (virussen passen zich enorm goed aan) en is toen de vorm geworden die wij als HIV kennen. Maar hoe is het dan mogelijk dat SIV van aap op mens is overgegaan? Hier zijn verschillende theorieën voor maar de jagertheorie is de meest waarschijnlijke: Mensen hebben de apen gedood en opgegeten. Het bloed van de aap is het lichaam van de mens waarschijnlijk binnengedrongen via open wondjes. Het virus is toen gemuteerd in de vorm hoe wij het nu kennen: HIV. Uitbreiding van het virus is mogelijk via besmette naalden gegaan. In Afrika waren maar een beperkt aantal naalden beschikbaar voor vaccinaties en daarom zijn veel naalden meerdere malen gebruikt. Het bloed van besmette mensen heeft zo veel andere mensen besmet.
HIV, ook wel het humaan immunodeficiëntievirus genoemd, is een virus dat het natuurlijke afweersysteem van de mens stap voor stap afbreekt. Als er niets tegen de infectie wordt gedaan, veroorzaakt het aids (Acquired Immune Deficiency Syndrome). Je spreekt van aids, als HIV het afweersysteem zodanig heeft afgezwakt dat het niet meer opgewassen is tegen allerlei bacteriën die het normaal gesproken goed aan kan. Iemand met aids zal steeds zwakker en vatbaarder worden voor allerlei zeldzame ziektes en aandoeningen. Iemand met HIV zal dan ook zonder behandeling overlijden aan de gevolgen van aids.
HIV dringt het lichaam binnen via lichaamssappen, hieronder verstaan we bloed, sperma, voorvocht, vaginaal vocht en moedermelk. Het kan bijvoorbeeld worden overgebracht door onveilige seks, middel van hergebruikte injectienaalden of onveilige bloedtransfusies. De veronderstellingen dat het virus overdraagbaar is door bijvoorbeeld zoenen of uit elkaars glas drinken zijn onjuist. Zodra het virus zich in je lichaam bevindt, ben je HIV-positief. Het virus dringt de zogenoemde CD4-cellen binnen, dit zijn de witte bloedlichaampjes die verantwoordelijk zijn voor het afweersysteem, het virus maakt deze cellen kapot. Terwijl het dit doet, vermenigvuldigt het zich. De verdedigingslinie die virussen en bacteriën moet tegenhouden, begint gaten te vertonen. Het lichaam wordt ziek en de HIV-patiënt krijgt last van steeds meer ziektes en aandoeningen. De klachten en bijwerkingen van HIV verschillen per persoon.
Hoe is het virus ontstaan?
Aids, het gevolg van HIV werd eerder ontdekt dan het virus zelf. Rond 1981 vertoonden steeds meer mensen In de VS uiteenlopende infecties. Ze waren zodanig verzwakt dat ze uiteindelijk stierven. In Afrika was de epidemie al veel groter. De oorzaak was nog onbekend. In 1984 ontdekten dr. Robert Gallo en dr. Luc Montagnier pas de veroorzaker van aids: het HIV-virus.
Dit HIV virus stamt af uit West-Afrika. Bij Afrikaanse apen in Kameroen om precies te zijn (zie de markering op de kaart hieronder). Het neefje van HIV, SIV, is namelijk gevonden bij deze apen. Onderzoeken hebben uitgewezen dat SIV en HIV heel nauw verwant zijn aan elkaar. SIV is dus via de apen overgedragen aan de mens. Het virus is toen waarschijnlijk een mutatie ondergaan (virussen passen zich enorm goed aan) en is toen de vorm geworden die wij als HIV kennen. Maar hoe is het dan mogelijk dat SIV van aap op mens is overgegaan? Hier zijn verschillende theorieën voor maar de jagertheorie is de meest waarschijnlijke: Mensen hebben de apen gedood en opgegeten. Het bloed van de aap is het lichaam van de mens waarschijnlijk binnengedrongen via open wondjes. Het virus is toen gemuteerd in de vorm hoe wij het nu kennen: HIV. Uitbreiding van het virus is mogelijk via besmette naalden gegaan. In Afrika waren maar een beperkt aantal naalden beschikbaar voor vaccinaties en daarom zijn veel naalden meerdere malen gebruikt. Het bloed van besmette mensen heeft zo veel andere mensen besmet.
Hoe besmettelijk is het?
Het is niet zoals bij de griep, dat als je naast iemand met HIV gaat zitten je al kans hebt op besmetting. Zoals al eerder gezegd is, is HIV alleen overdraagbaar via lichaamssappen. Dit houdt in: sperma, voorvocht, bloed, moedermelk en vaginaal vocht. Het is dus niet overdraagbaar via huidcontact, tongzoenen, etenswaren, zwemwater, uitademing etc. Dit betekent in tegenstelling tot veel andere virussen dat je gewoon dagelijks met iemand met HIV om kunt gaan zonder kans op besmetting. Eigenlijk is het virus alleen overdraagbaar via onbeschermde seks, gemeenschappelijk- of hergebruik van naalden of van moeder op kind via de moedermelk.
De besmettelijkheid hangt van een aantal factoren af: de aard van het contact (sommige lichaamssappen bevatten een grotere concentratie virus dan andere), het contactoppervlak en de contacttijd. Het hoeft dus niet te betekenen dat als je blootgesteld wordt aan het virus je 100% zeker geïnfecteerd raakt. Wel is het hoogstwaarschijnlijk dat als je onbeschermde seks je geïnfecteerd raakt. Dit is omdat de concentratie HIV virus in sperma en vaginaal vocht veel hoger is dan in bijvoorbeeld moedermelk. Maar als een besmette moeder haar baby regelmatig met moedermelk voedt, is er wel een grote kans dat de baby ook HIV-positief wordt. Het virus is dus redelijk besmettelijk onder de voorwaarde dat er direct contact is met besmette lichaamssappen.
Hoeveel slachtoffers en doden zijn er gevallen?
Op dit moment zijn er wereldwijd 35,3 miljoen mensen HIV positief. Per jaar komen hier 2,1 miljoen nieuwe infecties bij en sterven er 1,6 miljoen mensen aan de gevolgen van aids. In Nederland zijn er zo’n 21.500 geïnfecteerden. Deze cijfers zijn niet 100% nauwkeurig, want vaak hebben mensen lange tijd niet eens door dat ze geïnfecteerd zijn. De eerste 5 tot 10 jaar na de infectie is je weerstand nog redelijk hoog en zal je niet veel van het virus merken. Dit maakt het zo gevaarlijk.
Vroeger gingen er veel meer mensen dood aan het virus, omdat ze simpelweg niet wisten wat het was en hoe je het moet bestrijden. Ze hadden toen niet de apparatuur om op microniveau het virus te onderzoeken en wisten dus ook niet wat het precies deed in het lichaam van de gastheer. Toen was de kans op sterfte als je HIV had enorm groot. Nu is er veel meer kennis en kan het virus beter worden bestreden, daarom neemt het aantal nieuwe infecties af en daalt de sterfte door aids. Zo is het aantal sterftegevallen aan aids tussen 2005 en 2011 met 25% afgenomen. De kans op sterfte door HIV en aids is dus veel kleiner geworden.
In het kaartje hieronder zijn cijfers over aids te zien en de landen waar de meeste HIV gevallen aangegeven. Dit kaartje gaat over 2008.
Het is niet zoals bij de griep, dat als je naast iemand met HIV gaat zitten je al kans hebt op besmetting. Zoals al eerder gezegd is, is HIV alleen overdraagbaar via lichaamssappen. Dit houdt in: sperma, voorvocht, bloed, moedermelk en vaginaal vocht. Het is dus niet overdraagbaar via huidcontact, tongzoenen, etenswaren, zwemwater, uitademing etc. Dit betekent in tegenstelling tot veel andere virussen dat je gewoon dagelijks met iemand met HIV om kunt gaan zonder kans op besmetting. Eigenlijk is het virus alleen overdraagbaar via onbeschermde seks, gemeenschappelijk- of hergebruik van naalden of van moeder op kind via de moedermelk.
De besmettelijkheid hangt van een aantal factoren af: de aard van het contact (sommige lichaamssappen bevatten een grotere concentratie virus dan andere), het contactoppervlak en de contacttijd. Het hoeft dus niet te betekenen dat als je blootgesteld wordt aan het virus je 100% zeker geïnfecteerd raakt. Wel is het hoogstwaarschijnlijk dat als je onbeschermde seks je geïnfecteerd raakt. Dit is omdat de concentratie HIV virus in sperma en vaginaal vocht veel hoger is dan in bijvoorbeeld moedermelk. Maar als een besmette moeder haar baby regelmatig met moedermelk voedt, is er wel een grote kans dat de baby ook HIV-positief wordt. Het virus is dus redelijk besmettelijk onder de voorwaarde dat er direct contact is met besmette lichaamssappen.
Hoeveel slachtoffers en doden zijn er gevallen?
Op dit moment zijn er wereldwijd 35,3 miljoen mensen HIV positief. Per jaar komen hier 2,1 miljoen nieuwe infecties bij en sterven er 1,6 miljoen mensen aan de gevolgen van aids. In Nederland zijn er zo’n 21.500 geïnfecteerden. Deze cijfers zijn niet 100% nauwkeurig, want vaak hebben mensen lange tijd niet eens door dat ze geïnfecteerd zijn. De eerste 5 tot 10 jaar na de infectie is je weerstand nog redelijk hoog en zal je niet veel van het virus merken. Dit maakt het zo gevaarlijk.
Vroeger gingen er veel meer mensen dood aan het virus, omdat ze simpelweg niet wisten wat het was en hoe je het moet bestrijden. Ze hadden toen niet de apparatuur om op microniveau het virus te onderzoeken en wisten dus ook niet wat het precies deed in het lichaam van de gastheer. Toen was de kans op sterfte als je HIV had enorm groot. Nu is er veel meer kennis en kan het virus beter worden bestreden, daarom neemt het aantal nieuwe infecties af en daalt de sterfte door aids. Zo is het aantal sterftegevallen aan aids tussen 2005 en 2011 met 25% afgenomen. De kans op sterfte door HIV en aids is dus veel kleiner geworden.
In het kaartje hieronder zijn cijfers over aids te zien en de landen waar de meeste HIV gevallen aangegeven. Dit kaartje gaat over 2008.
Hoe wordt HIV bestreden?
Effectieve HIV- en aidsbestrijding moet op meerdere fronten gebeuren: behandeling, zorg en preventie.
Behandeling
Als je al besmet bent met HIV, moet je HIV remmers slikken om niet ziek te worden van het virus. HIV remmers zijn medicijnen die ervoor zorgen dat het virus stopt met zich te vermenigvuldigen, dus dat er niet nóg meer HIV-deeltjes worden gemaakt. Het is (nog) niet mogelijk om het virus helemaal uit te schakelen, daarom moet je deze medicijnen je hele leven blijven slikken. Er zijn 4 soorten HIV remmers:
- Medicijnen die ervoor zorgen dat het virus de CD4-cel (afweercel) niet kan binnendringen.
- Medicijnen die ervoor zorgen dat als het HIV deeltje tóch het lichaam is binnengedrongen, het zich niet kan vermenigvuldigen.
- Medicijnen die ervoor zorgen dat het virus de afweercel niet uitschakelt.
- Medicijnen die ervoor zorgen dat de bouwstenen voor een nieuw HIV deeltje niet in stukjes worden geknipt. Hierdoor worden HIV deeltjes gevormd, die geen nieuwe CD4-cellen (afweercellen) kunnen infecteren.
Zorg
In Nederland is de zorg goed geregeld. De behandeling voor HIV en aids zit in de Basisverzekering. In ontwikkelingslanden is dit niet het geval, en hebben de mensen er daar dus ook veel meer last. van. Dit is een groot probleem want 96% van alle aidsgevallen woont in een ontwikkelingsland. Dit zijn ongeveer 32 miljoen mensen. Via allerlei acties en fondsen (stopaidsnow, artsen zonder grenzen, aidsfonds, dance4life) wordt bestrijding van HIV in deze landen ook steeds haalbaarder.
Preventie
Het voorkomen van HIV infecties is natuurlijk de beste oplossing om uiteindelijk van het virus af te komen. De bovengenoemde fondsen, zoals het aidsfonds, doen nu hun best zoveel mogelijk mensen in Nederland maar ook in ontwikkelingslanden wereldwijd bewust maken van HIV. Ze leggen uit wat het is, hoe het overdraagbaar is en wat je kunt doen om infectie te voorkomen. Ze geven bijvoorbeeld voorlichting over veilige seks en het gebruiken van een condoom. Zo proberen ze zo veel mogelijk mensen bewust te maken van HIV en zo veel mogelijk nieuwe infecties te voorkomen.
Effectieve HIV- en aidsbestrijding moet op meerdere fronten gebeuren: behandeling, zorg en preventie.
Behandeling
Als je al besmet bent met HIV, moet je HIV remmers slikken om niet ziek te worden van het virus. HIV remmers zijn medicijnen die ervoor zorgen dat het virus stopt met zich te vermenigvuldigen, dus dat er niet nóg meer HIV-deeltjes worden gemaakt. Het is (nog) niet mogelijk om het virus helemaal uit te schakelen, daarom moet je deze medicijnen je hele leven blijven slikken. Er zijn 4 soorten HIV remmers:
- Medicijnen die ervoor zorgen dat het virus de CD4-cel (afweercel) niet kan binnendringen.
- Medicijnen die ervoor zorgen dat als het HIV deeltje tóch het lichaam is binnengedrongen, het zich niet kan vermenigvuldigen.
- Medicijnen die ervoor zorgen dat het virus de afweercel niet uitschakelt.
- Medicijnen die ervoor zorgen dat de bouwstenen voor een nieuw HIV deeltje niet in stukjes worden geknipt. Hierdoor worden HIV deeltjes gevormd, die geen nieuwe CD4-cellen (afweercellen) kunnen infecteren.
Zorg
In Nederland is de zorg goed geregeld. De behandeling voor HIV en aids zit in de Basisverzekering. In ontwikkelingslanden is dit niet het geval, en hebben de mensen er daar dus ook veel meer last. van. Dit is een groot probleem want 96% van alle aidsgevallen woont in een ontwikkelingsland. Dit zijn ongeveer 32 miljoen mensen. Via allerlei acties en fondsen (stopaidsnow, artsen zonder grenzen, aidsfonds, dance4life) wordt bestrijding van HIV in deze landen ook steeds haalbaarder.
Preventie
Het voorkomen van HIV infecties is natuurlijk de beste oplossing om uiteindelijk van het virus af te komen. De bovengenoemde fondsen, zoals het aidsfonds, doen nu hun best zoveel mogelijk mensen in Nederland maar ook in ontwikkelingslanden wereldwijd bewust maken van HIV. Ze leggen uit wat het is, hoe het overdraagbaar is en wat je kunt doen om infectie te voorkomen. Ze geven bijvoorbeeld voorlichting over veilige seks en het gebruiken van een condoom. Zo proberen ze zo veel mogelijk mensen bewust te maken van HIV en zo veel mogelijk nieuwe infecties te voorkomen.